In 2020 moet de salderingsregeling plaats maken voor de terugleversubsidie. De huidige subsidieregeling voor zonnepanelen is te lucratief volgens Kabinet Rutte III. Minister Wiebes informeerde de Tweede Kamer onlangs per brief over zijn wijzigingsplannen. Dit proces kost echter tijd en Energie-Nederland twijfelt aan de haalbaarheid van de plannen.

Salderingsregeling

Met de salderingsregeling wil de regering burgers belonen voor het overstappen op zonnepanelen. Als je in totaal meer stroom terug levert dan je afneemt, dan krijg je een aantrekkelijke terugleververgoeding. In de praktijk gaat dit als volgt: U koopt stroom van uw energiebedrijf. Vervolgens produceert u zelf stroom met zonnepanelen op uw dak. Alle stroom die u niet meteen zelf gebruikt verkoopt u terug tegen dezelfde (!) prijs. Wat het lucratief maakt is dat de terugleverprijs ook inclusief belasting is. Aangezien de stroomrekening voor twee derde uit belastingen en heffing bestaat is dit financieel zeer aantrekkelijk. Deze regeling kost de staatskas rond de 60 miljoen per jaar. Zonder ingrijpen loopt dit op tot 300 miljoen euro per jaar in 2030. Omdat de zonnepanelen ook goedkoper worden is het rendement nu te hoog volgens Kabinet Rutte III. De terugverdientijd zonder aanpassing van de salderingsregeling zou in 2025 op 4 jaar komen te liggen. De regering wil toe naar een terugverdientijd van gemiddeld 7 jaar. Daarom gaat de salderingsregeling worden vervangen voor de terugleversubsidie.

Terugleversubsidie

De terugleversubsidie is een vergoeding voor de stroom die aan het elektriciteitsnet is terug geleverd. Deze vergoeding wordt echter gesplitst. De energieleverancier vergoedt de ‘kale energieprijs’ en de overheid legt daar een bedrag per kilowattuur bij. Het voordeel van de belastingen en heffingen tegenover de huidige salderingsregeling vervalt dus. Subsidies kunnen door de overheid ook verlaagt worden als de prijs van zonnepanelen daalt. De vuistregel van een terugverdientijd van gemiddeld 7 jaar blijft echter wel gehandhaafd. Investeren in zonnepanelen blijft daarom lonend. Gemiddeld genomen blijft de investering 6% rendement opleveren.

Taak energieleveranciers

Energie-Nederland, de koepelorganisatie voor energiebedrijven licht toe:
De consument vraagt een subsidiebeschikking aan bij RVO. RVO geeft een beschikking, inclusief het maximumaantal kilowatturen wat teruggeleverd mag worden. Vervolgens geeft RVO aan de netbeheerder door dat er een beschikking is en het maximumaantal kilowatturen. Dit wordt door de netbeheerder vastgelegd in het aansluitingentregister waarmee deze informatie beschikbaar komt voor de energieleverancier. Op basis van deze informatie kan de leverancier het voorschot van de consument aanpassen. Hierdoor kan de consument het financiële effect van zijn teruglevering direct terugzien. De totaal uit te keren subsidie voor de teruggeleverde kilowatturen, wordt vermeld op de energienota. Hierbij houdt de leverancier rekening met het maximum. De leverancier krijgt de uitgekeerde subsidie terug van RVO.

Realistisch zijn

Om de terugleversubsidie te realiseren, moet EZK (Economische Zaken) de benodigde regelgeving organiseren. De energieleveranciers kunnen op basis daarvan hun processen gaan inrichten. Het wijzigen van processen kent binnen de energiesector vaste termijnen. Dit najaar zouden de details en regeling dan al helemaal moeten zijn uitgewerkt. Het is dus nog maar de vraag of dit alles op tijd gerealiseerd kan worden. Wellicht dat invoering op een later tijdstip realistischer is meldt Energie-Nederland.

Lees ook: Energietarieven gaan omhoog, verduurzamen loont